Kastanjes poffen, lieve stadskinderen, is kinderlijk eenvoudig en o-zo lekker. Maar eerst moet je even weten of je wel een tamme te pakken hebt.
Fake fur-jasje
Het begint al bij het jasje, de tamme kastanje heeft een meer ‘harig’ omhulsel en de schil is dunner dan die van een wilde kastanje, die stekelig is. De tamme kastanje heeft bovendien een puntje aan de bovenkant, de wilde kastanje is juist mooi rond. En als je het niet zeker weet zit er maar één ding op: poffen die handel. De tamme zijn namelijk heerlijk zoet en de wilde exemplaren zijn bitter en vies. Niet giftig hoor, maar je krijgt er wel buikpijn van.
Kastanjes poffen doe je zo
Ontdoe ze van hun schil en kerf in de bovenkant, bij de punt, een groot kruis met een scherp mes. Zo zullen ze niet ontploffen of onregelmatig gaar worden. Leg de kastanjes ongeveer 10 à 15 minuten op de bakplaat van een op 200 à 220 graden voorverwarmde oven. Als ze mooi openspringen zijn ze klaar.
Boter en kruiden
Een klontje boter en wat zout maken het af. Wil je iets meer? Strooi rozemarijn en sinaasappelrasp over de hete kastanjes en de herfst is helemaal aan.
Pas wel op: wanneer ze net uit de oven komen zijn ze gloeiend heet.